Veel activiteiten van Bergsportreizen.nl vinden plaats in het hooggebergte. Boven de 2500 meter is de lucht al zo ijl dat je lichaam zich moet aanpassen aan de hoogte. De luchtdruk is op 3000 meter nog maar tweederde van die op zeeniveau. Door de lagere druk kan je lichaam moeilijker
zuurstof opnemen.
Je lichaam past zich in eerste instantie aan door een versnelde ademhaling en hogere hartslag. Vervolgens maakt het meer rode bloedcellen aan, zodat zuurstoftransport efficiënter wordt, ofwel je lichaam acclimatiseert. Als je sneller stijgt dan je lichaam zich kan aanpassen, kun je last krijgen van
hoogteziekte.
Verschijnselen van hoogteziekte ontstaan pas na enkele uren op hoogte en kunnen zijn: hoofdpijn, verminderde eetlust, misselijkheid, duizeligheid, slapeloosheid, vermoeidheid en een licht gevoel in het hoofd. Vaak worden de symptomen toegeschreven aan iets anders, zoals slecht hebben geslapen of het eten op de hut dat iemand niet goed heeft gesmaakt.
De beste manier om dit te
voorkomen is om het lichaam de tijd te geven zich aan grotere hoogte aan te passen:
acclimatiseren. Een goede acclimatisatie kost tijd. Dit houdt in dat je je lichaam, door minimaal 2 à 3 flinke tochten boven de 2500 meter aan de hoogte laat wennen. Daarbij is het van belang dat je op een lagere hoogte overnacht. De combinatie hoog klimmen en laag slapen bevordert de aanpassing.
Lees alles over hoogteziekte in het
NKBV-kenniscentrum.